Zomergasten in het Lab: lectuurtips door Koen Geens

‘een geniale jurist en een machtspoliticus zonder weerga’

Corporate Finance Lab vroeg enkele BJ’s (bekende juristen) en vrienden van het Lab inspiratie voor onze zomerlectuur. Vandaag als laatste maar niet minste in de reeks: Koen Geens, deeltijds gewoon hoogleraar aan de KU Leuven, volksvertegenwoordiger, voormalig minister van justitie en lid van de Koninklijke Vlaamse Academie van België.

Op 1 oktober 2020, toen mijn ministerschap een einde nam en de tweede lockdown begon, gaf een goede vriend mij het eerste deel (‘Wolf Hall’) cadeau van de Cromwell-trilogie van Hilary Mantel. Ik geraakte er verslaafd aan, ongeveer zoals aan de Naam van de Roos veertig jaar geleden, met dit verschil dat ik nu geen ziekte moest voorwenden omdat iedereen thuis bleef. Ik las de drie kanjers voor nieuwjaar door, meer dan 2000 bladzijden. Ik ben er nog niet klaar mee, want het is een meesterwerk, waarvan elk zinnetje ertoe doet, en meerdere herlezingen verdient. Mantel won zowel voor deel I (‘Wolf Hall’, 2009) als deel II (‘Bring up the Bodies’, 2012) de Man Booker prijs. Deel III werd toepasselijk getiteld ‘The Mirror and the Light’ (2020).

Ik ben in mijn literatuurvoorkeur nooit uit de keuze tussen essayistische en niet-essayistische werken gekomen, en dus heb ik in de geschiedenisbranche nooit kunnen trancheren tussen de historische roman en het betere historische werk. Zoveel is zeker dat ze beide tot op zekere hoogte speculatief zijn, maar dat een historicus zich bij het gebruik van zijn bronnenmateriaal minder vrijheid kan nemen. Deze trilogie laat zich lezen als een soort postume memoires van een groot politicus -al wordt voortdurend de hij-vorm gebruikt. Het is de overtreffende trap van een combinatie van de beste Rosseels, Tuchman en Le Roy Ladurie. Voor mij een echte openbaring.

Thomas Cromwell door Hans Holbein de Jongere

Als de Top 100 mensen en prestaties recht laat wedervaren, heeft Thomas Cromwell het niet goed gedaan, want hij komt helemaal niet voor in de Engelse lijst van de 100 grootste Britten. Die lijst werd opgemaakt in 2003 – met Churchill uiteraard op 1. Zelfs Cromwells aartsvijand, de erg katholieke Thomas More staat op 37, en werd heilig verklaard, eigenaardig genoeg niet alleen door Rome, maar ook door de Anglicaanse kerk. Geen wonder dat de rehabilitatie die dit boek betekende voor de historische figuur van Cromwell in Engeland niet overal op enthousiasme stuitte. Moet Cromwell het stellen met weinig eerbetoon, hij zou gelukkig zijn met het resultaat van zijn streven: Elizabeth II is vandaag in 2022 nog steeds veilig en wel hoofd van de Anglicaanse kerk.

Dus is Cromwells betekenis ontzaglijk, want hij slaagde er in de vroege 16e eeuw (1534) al in om de Engelse kroon onafhankelijk te maken van Rome. Dat gebeurde ook met het protestantisme in vele Duitse vorstendommen en in de Nederlanden, met dit verschil dat de Engelse Koning toen en ook nu nog het hoofd is van de Anglicaanse kerk. De aldus gevestigde suprematie van de Staat over de Kerk heeft Engeland opmerkelijk genoeg vroeger rijp gemaakt voor de ontvoogding, en wellicht dus ook voor rechtsstatelijke democratie, dan bijvoorbeeld Frankrijk of Spanje. Het is niet toevallig dat er 100 jaar ligt tussen de Glorious Revolution (1689) en de Franse revolutie (1789). Zelfs Napoleon vroeg begin 19e eeuw aan de Paus nog om hem de keizerskroon aan te reiken, een idee dat Cromwell al bijna 300 jaar eerder tegenstond. Ook vandaag nog zijn in Marokko en Turkije de vorst, resp. de president quasi-hoofd van de Islamitische godsdienst. Met een correcte contextualisering is -minstens was- de cumul van staatshoofd en hoofd van de kerk, bij een wat allesoverheersende godsdienst, nog zo gek niet om te tonen wie de baas is. Uiteraard, alleen en slechts alleen, indien die ‘uitvoerende’ wereldlijke macht zelf constitutioneel ingebed is in een sterke trias politica, zoals in Engeland. 

Dat de geschiedenis zich niets aantrekt van tegenspraak is algemeen bekend. De aanleiding die Cromwell toeliet zijn doel te bereiken was dat Hendrik VIII zich absoluut wilde laten scheiden van zijn eerste vrouw, Catharina Van Aragon. Liefst wilde hij een kerkelijke vernietiging van dat huwelijk omdat Catharina, waarvan hij echt hield, hem enkel een dochter Mary -de latere Koningin Maria I- had geschonken. Om een wettige zoon te kunnen verwekken bij zijn nieuwe liefde, Anna Boleyn, moest Rome faciliterend optreden, maar de Paus was halsstarrig. Dus was de afscheuring van Rome de enige oplossing. ‘Uiteraard’ schenkt Anna Boleyn Hendrik geen zoon, maar een dochter, de latere Koningin Elizabeth I. En dus moet Hendrik een derde keer trouwen, met Jane Seymour ditmaal, om haar toe te laten eindelijk een zoon ‘Tudor’ op de wereld te zetten, de latere Koning Eduard VI.

Zonder meer ironisch is dat, nu vandaag de Koning(in) van Engeland ruim vier en een halve eeuw aan het hoofd staat van de Anglicaanse kerk, precies dat gegeven in 1936 aan Koning Edward VII verhinderde om met een Amerikaanse gescheiden vrouw te huwen; dit prinses Margareth in 1954 belette om met een gescheiden Engelse legerofficier te trouwen; en dit zelfs recent prins en kroonpretendent Charles het nog erg moeilijk maakte om, als gewezen echtgenoot van de overleden prinses Diana, met de gescheiden Camilla Parker Bowles te huwen.

Cromwell was een genie van ruwe, eenvoudige komaf die volgens Mantel, met de wapens, Europa bereisde voor hij aan zijn levenswerk begon. Zijn onstuimige jeugd mondde uit in een eerder sober persoonlijk leven dat hij grotendeels als weduwnaar doorbracht -de ‘plaag’ hield serieus huis in zijn gezin. Hij was vooral een geniale jurist, en een machtspoliticus zonder weerga. Hij kende ook het kerkelijk recht uitstekend – zijn leermeester was de bekende katholieke kardinaal Wolsey die bij Hendrik in ongenade viel. Cromwell was emotioneel hoogbegaafd. Zodoende bespeelde hij bijvoorbeeld meesterlijk de spanning in het koninklijk gezin: tussen de verstandige en muzikale Koning, zijn oprecht gelovige Spaanse eerste vrouw met wie de Koning 20 jaar gehuwd was, zijn dochter uit dat huwelijk, Mary, de latere katholieke koningin, en zijn maîtresse Anna Boleyn. Cromwell verstaat de kunst mensen met sterk tegengestelde temperamenten en belangen terzelfdertijd tegemoet te treden zonder zichzelf te verloochenen, of zijn politiek doel uit het oog te verliezen. Zo wordt hij voorgesteld als de krachtdadige diplomaat die Engeland in dit emotioneel en politiek conflict met veel moeite en behendigheid recht houdt.

Wie over de pre-Anglicaanse Thomas Cromwell spreekt, denkt automatisch aan de rechtlijnige en principiële katholiek Thomas More. Vijftig jaar geleden al keek ik de prachtige prent ‘A man for all seasons’ in mijn humaniora: More weigert de eed van trouw aan Hendrik VIII te zweren en de Act of Supremacy te erkennen. Die eed impliceerde immers in zijn ogen dat hij de Koning hoger plaatste dan zijn geloof, en dus moet hij sterven. More blijft in het boek van Mantel als sterke persoonlijkheid overeind, zeker indien men Cromwells vreselijke wroeging over de doodstraf van More leest. Maar More is natuurlijk ook de vijand van Cromwell: Cromwell wil absoluut dat More die eed zweert, en zichzelf en de Koning aldus – in zakelijke termen gesproken  met een juridische handigheid– een hoop miserie spaart.

Hoewel Lord Chancellor, was More meer theoloog en minder politicus dan Cromwell. More stond moreel een trapje hoger, en hinderde precies daardoor met zijn gezag de wereldlijke macht op een lastig moment, bij de opvolging van de in hun voortbestaan bedreigde Tudors.

Zowel More als Cromwell lieten heel wat mensen ter dood brengen, om uiteenlopende redenen. Wie erg persoonlijk is, kan iets te ver achterop lopen, of kan iets te ver voorop lopen. Daardoor wordt de conservatief of progressief op een bepaald moment ondraaglijk voor sommige machtige anderen – zeker in een tijd die letterlijk vol Copernicaanse omwentelingen zat. Conservatief More en progressief Cromwell ondervonden precies dat probleem, en eindigen beiden zonder hoofd. More omdat hij Rome niet wilde afzweren, Cromwell omdat Henry VIII de vierde vrouw die Cromwell hem had gekozen onvoldoende bevallig vond (de Duitse Anna Von Kleef). En meer nog omdat de adel en de Koning zelf vonden dat de religieuze nieuwlichterij en de macht van Cromwell te ver gingen.

More zou 30 jaar eerder een schitterende grootkanselier van de katholieke Hendrik VII zijn geweest, de voorganger van Hendrik VIII. Zoals Cromwell 30 jaar later een zeer goed eerste minister zou zijn geweest van de Anglicaanse Queen Elizabeth I. De confrontatie Cromwell-More was een noodlottige vergissing van de geschiedenis. Maar die vergissing was ook noodzakelijk om het Anglicanisme tot ontwikkeling te laten komen, en Engeland los te scheuren van Rome.

Slot van het verhaal: de zoon van Hendrik VIII en Jane Seymour, Eduard VI, regeerde enkele jaren alvorens te sterven. De katholieke dochter van Hendrik VIII en Catharina van Aragon, (Bloody) Mary I, volgde hem op, reïnstaureerde met de hulp van haar echtgenoot Filips van Spanje het katholicisme, en stierf ook enkele jaren later. Uiteindelijk was het de dochter van Hendrik VIII en Anna Boleyn, Elizabeth I, die 45 jaar regeerde en het Anglicanisme zo stevig mogelijk vestigde. Maar ze trouwde nooit. En zij is dus de laatste Tudor. Maar het Anglicanisme zal -uiteindelijk- overleven. Hendrik VIII mist zijn doel, Cromwell bereikte het zijne.

Wie de opeenvolgende dynastieën van Engeland bestudeert, zal vaststellen dat stabiliteit ook kan zonder afstammingscontinuïteit. De Windsors zijn een heel andere bloedlijn, maar namen de namen van de Tudors: Eduard VI werd 400 jaar later gevolgd door Eduard VII, en Elizabeth I eveneens vierhonderd jaar later door Elizabeth II. By the way, u zal in de Engelse stambomen sedert de Tudors ook het huis van Oranje vinden en dat van Saksen Coburg. Het wekt zeker verbazing dat er in de 16e eeuw zo licht over onthoofding werd gegaan. Zou het bijbelse teksten betreffen, we zouden kunnen hopen dat het maar een metafoor is. Dat is natuurlijk niet zo, het waren harde tijden en Beccaria was nog niet geboren. Maar ook in onze westerse democratieën worden politici nog onthoofd, figuurlijk dan. U mag de Franse of Amerikaans president of presidentskandidaat kiezen die u past. Het voordeel van de échte onthoofding is duidelijk: een come back is ondenkbaar.

Koen Geens

Leave a comment