Cassatie over verschuiving van peildatum bij geschillenregeling (31 maart 2023)

In een recent arrest gaat het Hof van Cassatie dieper in op de verschuiving van de peildatum bij een toepassing van de vennootschapsrechtelijke geschillenregelingsprocedure. De peildatum is de referentiedatum waarop de uitgesloten of uittredende aandeelhouder niet langer het risico van een verarming van de vennootschap draagt. Anderzijds deelt de uitgesloten of uittredende aandeelhouder op dat moment ook niet langer in de baten van de vennootschap.

Eerder heb ik reeds verdedigd dat de peildatum op datum van de overdracht van de aandelen zou moeten vallen aangezien op dat moment in principe ook het economisch risico overgaat. De rechter kan uitzonderlijk de peildatum verschuiven om een correctie door te voeren op de waardering van de aandelen. Door de peildatum en de datum van overdracht los te koppelen, zullen bepaalde rechtsfeiten en rechtshandelingen niet of net wel geïncludeerd worden in de waardering van de aandelen. (O. Roodhooft, De peildatum bij de vennootschapsrechtelijke geschillenregeling tussen waarderingsuitgangspunt en prijscorrectie, TRV/RPS 2022, 201-203 en verwijzingen aldaar). Ook het WVV bevestigt dit logische principe in artikel 2:67 en 2:69.

Continue reading “Cassatie over verschuiving van peildatum bij geschillenregeling (31 maart 2023)”

Cassatie over de waardering van aandelen bij de vordering tot uitsluiting

De waardering van aandelen in de context van de geschillenregeling is een evergreen van het vennootschapsrecht. In een voor de rechtspraktijk belangrijk arrest van 16 januari 2020 (C.19.0096.N/3) zet het Hof van Cassatie enkele duidelijke principes uiteen, in de context van een vordering tot uitsluiting. Het arrest is geveld met toepassing van het Wetboek van Vennootschappen, maar de principes behouden hun gelding onder het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. Continue reading “Cassatie over de waardering van aandelen bij de vordering tot uitsluiting”

De pro rata going concern waarde als uitgangspunt bij de waardering in geschillenregeling

10 argumenten tegen controlepremies, minderheidsdécotes en illiquiditeitsdécotes

In een eerdere blogpost zette ik reeds de theorie van de pro rata going-concern waarde uiteen, en argumenteerde ik op basis hiervan tegen de toepassing van controlepremies, minderheidsdécotes en illiquiditeitsdécotes bij de waardering van aandelen in geschillenregeling. In een recent artikel, verschenen in het TRV-RPS, ontwikkel ik deze argumenten verder. Hieronder vind u een samenvatting van de 10 voornaamste argumenten tegen premies en décotes.

Continue reading “De pro rata going concern waarde als uitgangspunt bij de waardering in geschillenregeling”

Een nieuwe theorie voor de waardering van aandelen bij geschillenregeling: de pro rata going concern waarde

Inleiding. Een steeds terugkomende discussie bij de geschillenregeling is de correcte waardering van aandelen. Getuige hiervan zijn de vele artikels en annotaties over de peildatum en over de vraag of bij geschillenregeling een minderheidsdécote gerechtvaardigd is.

In deze blogpost argumenteer ik dat veel van de onduidelijkheden in de rechtspraak en rechtsleer zijn terug te brengen tot een verkeerd uitgangspunt voor de waardering van aandelen in geschillenregeling, namelijk “de prijs die een onafhankelijke derde zou betalen bij een vrijwillige overname” (hierna “derde-verkoopswaarde” genoemd). Continue reading “Een nieuwe theorie voor de waardering van aandelen bij geschillenregeling: de pro rata going concern waarde”

%d bloggers like this: